Slachtoffers munitie-explosie Drumpt - Oorlogsslachtoffers uit Betuwe-West

Oorlogsslachtoffers uit gemeenten Buren, Culemborg en West Betuwe
Oorlogsslachtoffers West- Betuwe
Ga naar de inhoud

Slachtoffers munitie-explosie Drumpt

Gemeente West Betuwe > Burgerslachtoffers > Wadenoijen
"Waarom ik?": Het vergeten drama van vijf kinderen en een dodelijke munitiedoos

Op 11 juni 1945 rond 16:00 uur, enkele weken na het einde van de Tweede Wereldoorlog, beleefde de jonge Pé Sijsma een dag die hem zijn leven lang zou bijblijven: "Waarom mocht ik blijven leven?" Samen met zijn broer "grote" Sjoerd, neef "kleine" Sjoerd, vrienden Albert van Zijderveldt en Helmus Siemons, en vriendinnetje Willy Bennink, speelde hij soldaatje op de Lingedijk in Tiel. Gewapend met stokken als geweren, paradeerden zij gezessen van de Burgemeester Bönhofflaan de Lingedijk op. Toen een van de jongens bij buurtgenoot Jac. van der Kolk op de Lingedijk 74 om een helm vroeg, kreeg hij er één van hem. Hij had er nog enkele in zijn kelder liggen. Hun nichtje Rietje Sijsma mocht niet meedoen; haar rokje en haarband pasten niet bij het soldatenspel.

Toen in 1944 de frontlinie zich verplaatste naar Tiel, veranderde de stad in een gevaarlijke plek. Na de gevechten rond Operatie Market Garden werd de situatie steeds grimmiger. De koude januarimaand van 1945 bracht het onvermijdelijke besluit: alle inwoners moesten weg.
De familie Sijsma behoorde tot de eersten die vertrokken. Vader Sijsma, herstellende van een granaatscherfwond, werd per boerenwagen vervoerd, terwijl Epé met zijn moeder en broer te voet naar Eck en Wiel trok. Samen met het schoolhoofd Siemons en diens familie zochten ze hun toevlucht
bij de familie Bakker in hun boerderij. De boerderij bood onderdak aan maar liefst 19 personen, waaronder enkele onderduikers. Het leven in deze benarde omstandigheden vergde veel aanpassingsvermogen van iedereen.
Februari bracht nieuwe beproevingen. Het stijgende water dreef alle bewoners naar de zolder. Met geïmproviseerde vlotten van een ton en badkuip ondernamen ze zelfs tochten naar het dorp.
De oorlog was voorbij en eind mei 1945 keerden ze terug naar hun huis in Tiel, dat zwaar gehavend en leeggeroofd was. Desondanks pakten ze de draad weer op, hoewel voedsel nog steeds uit de centrale keuken moest worden gehaald.

Hoek Lingedijk, Sportparklaan en Prinses Margrietstraat - Foto R. van de Velde

Die 11e juni, na een wandeling naar de gaarkeuken, besloten de kinderen soldaatje te spelen. Terwijl "kleine" Sjoerd op de speelattributen paste, zochten de anderen op de vuilstortplaats op de hoek Lingedijk, Sportparklaan en Prinses Margrietstraat. Tussen al die rommel vond Pé een mysterieuze, glimmende licht-gele doos, ter grootte van een schoenendoos, met knopjes eraan. Helmus hielp hem met het tillen en draaide uit nieuwsgierigheid aan een knop, waarna een verwoestende explosie volgde. De klap was zo hevig dat gebouwen schudden en omstanders in paniek raakten.
Omwonenden troffen een tragisch tafereel aan en omstanders probeerden hulp te bieden. Helmus Siemons, Willy Bennink, "grote" Sjoerd Sijsma en Albert van Zijderveldt waren op slag dood. "Kleine" Sjoerd was zwaar gewond en werd meteen overgebracht naar het noodziekenhuis in Mariënwaerdt te Beesd.
De enige overlevende was de 5-jarige Pé Sijsma, de jongste van het stel. Hij raakte bewusteloos en kwam later bij op een handkar, onderweg naar het huis van dokter Ten Bokkel Huinink aan het Hoogeinde. Pè werd eerst bij de dokter behandeld en daarna lichtgewond ook overgebracht naar het noodziekenhuis in Beesd. Pè sprak daar nog met "kleine" Sjoerd, die later op de avond in zijn bijzijn overleed.

Na het ongeluk zette het Canadese militaire gezag het terrein af en beval Duitse krijgsgevangenen het gebied te doorzoeken op verdere explosieven. Er werden geen aanvullende explosieven gevonden. Het leed was al geschied.

   
Albert                                                     Helmus                                                     Willy  
Bron foto's slachtofffers: wo2.oudheidkamer-tiel
 
Slachtoffers
 
De kinderen die bij de explosie om het leven kwamen, waren:
     
  • Albert van Zijderveldt (8 jaar) – zoon van bedrijfsingenieur Johan van Zijderveldt (1892-1983) en Wijnanda Elberdina van Westenborg (1896-1977), woonachtig aan de Burgemeester Bönhofflaan 2.
  •  
  • "Grote" Sjoerd Sijsma (7 jaar) – zoon van makelaar/ assuradeur en Pieterdina "Pie" de Jong (1913-2004), woonachtig aan de Burgemeester Bönhofflaan 8.
  •  
  • "Kleine" Sjoerd Sijsma (7 jaar) – zoon van administrateur en Lena Koorneef
    (1912-2001)
    , woonachtig aan de Burgemeester Bönhofflaan 26.

  •  
  • Gerrit Helmus Albertus Siemons (6 jaar) – zoon van schoolhoofd van de Tielse Koningin Wilhelminaschool Arnoldus Jan Siemons en Hillegonda Hendrika van der Vegte, woonachtig aan de Konijnenwal 47.
  •  
  • Wilhelmina Hendrika (Willy) Bennink (7 jaar) – dochter van kantoorbediende Pieter Johan Bennink (*1902) en Sijtske Feenstra (*1905), woonachtig aan de Burgemeester Bönhofflaan 28.


Overlijdensadvertenties van de 5 slachtoffertjes in de Culemborgse Courant van 16 juni 1945


Krantenberrichten uit resp. de Tielsche Courant van 16 juni 1945 en De Nieuwe Tielse Courant van 23 juni 1945


De onderkomen graven van Adriaan en zijn ouders op de Alg. Begraafplaats in Drumpt (Foto: R. v.d. Velde)   


Graven van Helmus, Sjoerd, Sjoerd en Willy op de Alg. Begraafplaats aan de Papesteeg in Tiel (Foto: R. v.d. Velde)

 
De vml. Eben Haëzerkerk (1892-1974) in de Gasthuisstraat in Tiel - Bron foto: Marc

Begrafenis

Enkele dagen later vond de begrafenis plaats in Eben Haëzer, de Hervormde Kerk, aangezien de Gereformeerde Kerk in het Scheidingsstraatje tijdens de beschietingen in 1944-1945 was verwoest. De dienst werd geleid door de Gereformeerde ds. Wiepkema en de Hervormde predikant  Van 't Hof en werd bijgewoond door nabestaanden en genodigden. De plechtigheid was zeer aangrijpend en liet een diepe indruk achter.

Albert werd als eerste op 15 juni begraven op de Monumentale begraafplaats op de Elzenlaan in Drumpt.
Triest is dat het indrukwekkende graf van de achtjarige Albert van Zijderveldt op de monumentale begraafplaats aan de Elzenlaan in Drumpt, er op dit moment zo onderkomen uitziet. Een vergeten kind in een vergeten hoek van de geschiedenis. Er staan volgens het infobord bij de ingang 75 graven op de nominatie om geruimd te worden. Hopelijk hoort zijn grafje daar niet bij...
De andere vier kinderen werden een dag later gezamenlijk begraven op de Algemene begraafplaats op de Papesteeg in Tiel. Bij het indrukwekkende graf spraken de opa's van de kinderen Sijsma en van Helmus. Behalve de namen van de kinderen, staat bovenaan de tekst: "Ter nagedachtenis aan onze lieve kinderen, die op 11 juni 1945 als late oorlogsslachtoffertjes midden in hun spel werden opgenomen in Jezus armen." Tot op de dag van vandaag ziet dit grafmonument er nog steeds goed onderhouden uit.

Overlever met een missie

Pé Sijsma overleefde als enige van zes kinderen deze explosie, een gebeurtenis die zijn leven diep tekende. De vraag "Waarom ik?" bleef hem zijn hele leven achtervolgen. Toch vond hij in diezelfde vraag een drijfveer: hij wilde arts worden en iets betekenen voor anderen.
Ondanks zijn dyslexie ontwikkelde hij een sterke liefde voor kennis. Zijn middelbare schooljaren beschouwde hij als bepalender dan zijn studie geneeskunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
In 1962 liftte hij door het Midden-Oosten, werkte in een kibboets en bezocht een vluchtelingenkamp bij Jericho – ervaringen die diepe indruk maakten. Na zijn studie werkte hij acht jaar als arts in Afrika en specialiseerde zich daarna in Nederland tot gynaecoloog.
In 1982 vertrok Pé naar het door oorlog getroffen Libanon. Vanaf 1983 werkte hij tot zijn pensioen in 1997 als gynaecoloog in Harderwijk. Zijn leven stond in het teken van dienstbaarheid, gedreven door de vraag: "Waarom mocht ik blijven leven?" Het antwoord vond hij in zijn onvermoeibare inzet voor anderen.
Vanaf zijn pensionering ging Pé zich intensiever bezighouden met het verwerken van zijn trauma. Hij volgde verschillende vormen van therapie en begon daarnaast met aquarelleren. In 2005 werkte hij mee aan een interview voor de radiouitzending De Ochtenden. In datzelfde jaar werd hij door de Stichting '40-'45 uitgenodigd om bij te dragen aan de dodenherdenking van 2009 in Tiel. Daarnaast is Pé actief betrokken bij Siam Care, een organisatie die zich inzet voor Aids-slachtoffers in Thailand.

Bovengenoemd interview was de basis voor een NPO-podcast met Pé Sijsma. Luister hier.

Op 4 mei 2009 hield getuige van het eerste uur, de 87-jarige Jac. van der Kolk, een persoonlijke herdenking op de plek waar het tragische voorval had plaatsgevonden. Hij liep nog eenmaal de route van zijn ouderlijk huis aan de Lingedijk 74 in Tiel naar de locatie van het incident. Daar deelde hij het verhaal met de aanwezigen en droeg hij een zelfgeschreven gedicht voor, dat hij vervolgens in een lijst aan een lantaarnpaal bevestigde. Van der Kolk werd vergezeld door zijn zoon en kleinzoon. Onder de aanwezigen waren behalve enkele belangstellenden, lokale pers en fotograaf, ook een zus van Willy, een broer van Albert en overlevende Pé Sijsma.

Waarschuwing

Dit drama herinnert ons eraan dat oorlog niet ophoudt bij de capitulatie. De nasleep eiste nog jarenlang slachtoffers, vaak de meest kwetsbaren: kinderen die alleen maar wilden spelen. Ook twee kinderen in Culemborg en twee in Echteld zijn door munitie-explosies om het leven gekomen.
Nu 80 jaar later, verdienen deze vijf kinderen het om herdacht te worden. Niet alleen als namen op een grafsteen, maar als een waarschuwing: vrijheid is nooit vanzelfsprekend, en zelfs in vrede kan gevaar op de loer liggen.
"Ze speelden soldaatje, tot de oorlog hen terugvond."

Bron info: Pé Sijsma, Koos van der Kolk, Janny de Leeuw en Wim Veerman
Met dank aan Emile Smit.


Terug naar de inhoud