Dhr. J. van Veen

Gemeente West Betuwe > Burgerslachtoffers > Opijnen

Achternaam: Veen

Tussenvoegsels: van

Voornamen: Johannes

Voorletters: J

Beroep: rijwielhersteller

Geboorteplaats: Rotterdam

Geboortedatum: 06-02-1926

Overlijdensplaats: Opijnen

Overlijdensdatum: 18-11-1944

Begraafplaats: graf geruimd

Johanna Cornelia Stappershoef (1885-1948) trouwde in april 1910 in Zaltbommel met landbouwer Hendrik Michiel van Aken (*1882-1971). Beiden waren geboren in Opijnen. Na een jaar huwelijk verhuisden ze naar Zaltbommel en kregen daar samen drie kinderen:

• Gijsbert (1911-2002), trouwde in 1945 met Johanna Waltelina Mooring (1912-2002)

• Jansje Jacoba Anna Diderica (1914-2004), trouwde in 1938 met Jan Cornelis Tijssen (1911-1997)

• Gerrit (1918-1979), trouwde met Heiltje van Wijnen (1925-2000)

Een zus van bovenstaande Johanna Cornelia was Cornelia Christina (1893-1993). Zij trouwde in 1916 in Opijnen met loodgieter Lucas de Jonge (1890-1928). Na zijn dood hertrouwde zij in januari 1930 met de veel oudere Amsterdammer Philippus Cornelis Mell (1864-1942), die ook de pleegvader was van Lucas de Jonge. Op een Rotterdamse gezinskaart van dit echtpaar staat "Joop" vermeld als pleegkind.

Martinus van Veen (foto: Jenny van Veen)

Johannes "Joop" werd op 6 februari 1926 in Rotterdam geboren. Zijn moeder was de in Rotterdam geboren Anna Hoogwerf (1910-1991). Vanwege haar jonge leeftijd is Joop waarschijnlijk (tijdelijk) afgestaan. Hij wordt nl. niet vermeld op de gezinskaart van het gezin Van Veen in de dertiger jaren. Na zijn geboorte heeft Joop nog een tijdje bij zijn moeder en haar familie gewoond, maar is voor het huwelijk afgestaan. Cornelia Christina Stappershoef was al zijn pleegmoeder, voor haar huwelijk met de heer Mell.
Toen Anna 18 jaar werd, trouwde ze in Rotterdam op 29 augustus 1928 met sjouwer op de scheepswerf Martinus van Veen (*1907). Johannes "Joop" werd hierdoor meteen gewettigd. Zij kregen in dit huwelijk vier kinderen:

C. G. (*1929)
J. (*1930)
H. (*1934)
B. (*1941)

Joop bezocht regelmatig met zijn pleegmoeder haar familie in Opijnen. In het dorp wist men niet beter of Joop was geadopteerd door Johanna en Philip. Joop trok veel op met leeftijdsgenoten uit dit dorpje. Hij was vaak te vinden in de uiterwaarden, waar ook een kano van hem lag. Op 18 november 1944 om halftien 's morgens was hij weer in de uiterwaarden en riep naar zijn kameraden op de dijk dat hij een doosje had gevonden. Hij schreeuwde vol trots 'dat de buit binnen was'. Toen hij het opende of er op drukte, ontplofte het midden in zijn gezicht en Joop werd op slag gedood.

Schu-mine 42 (Bron Wikipedia)

Waarschijnlijk is het een boobytrap geweest. De Duitsers hadden in de uiterwaarden vaak antipersoonsmijnen geplaatst om crossings tegen te gaan. Een veel gebruikte was Schu-mine 42 ("Schoenmijn"). Het bestond uit een eenvoudige houten doos met een scharnierend deksel met een 200 gram blok gegoten TNT en een ZZ-42 type ontsteker. Een gleuf in het deksel die op de pen van de slagpen werd ingedrukt, was voldoende druk om de slagpin te activeren. Doordat er weinig metaal was gebruikt, was deze mijn moeilijk met een metaaldetector op te sporen.

Een broer van zijn pleegmoeder, Johannes "Hannes" Cornelis Stappershoef, heeft van zijn overlijden aangifte gedaan op het gemeentehuis in Opijnen. Daarop staat dat beide natuurlijke ouders van Joop waren overleden. Dat was echter niet zo.

Naar verluidt is er bij de dodenherdenking in 1975 op de begraafplaats bij de NH-kerk in Opijnen door zijn pleegmoeder Cornelia voor het laatst bloemen gelegd op zijn graf. Inmiddels is het graf van Joop geruimd, maar de plaats is door onderstaande plattegrond sinds kort weer bekend.

Ligging van geruimde graf van Joop van Veen bij de NH-kerk in Opijnen. Rechtsonder het toegangshek van deze begraafplaats.(Bron foto: Rar, Tiel)

Met dank aan o.a. S. v.d. Meer