Dhr. H. de Ruiter - Oorlogsslachtoffers uit Betuwe-West

Oorlogsslachtoffers uit gemeenten Buren, Culemborg en West Betuwe
Oorlogsslachtoffers West- Betuwe
Ga naar de inhoud

Dhr. H. de Ruiter

Gemeente West Betuwe > Burgerslachtoffers > Geldermalsen
Achternaam: Ruiter
Tussenvoegsels: de
Voornamen: Hendrik
Voorletters: H.
Beroep: Meubelmaker/Timmerman
Geboorteplaats: Geldermalsen
Geboortedatum: 29-05-1914
Overlijdensplaats: Salzgitter-Watenstedt Stadtkreis Salzgitter
Overlijdensdatum: 20-12-1943
Begraafplaats: Nederlands Ereveld te Hannover
Gemeente: Hannover    
Provincie: Niedersachsen
Land: Duitsland
Vak: G
Nummer: 11

Bron foto graf: OGS
De ouders van Hendrik waren Huibert Jan de Ruiter (*1872) uit Buurmalsen en Geertje Pellegrom (*1870) uit Waardenburg. Kinderen uit dit huwelijk waren:
  • Hermina  (*1902)
  • Gerrit (1903-1904)
  • Helena (1905-1916)
  • Gerrit  Matthijs (*1907)
  • Adrianus (1908-1916)
  • Thijs (*1910)
  • Henk (*1914).


Het gezin woonde op de Lingedijk ( "Kiepsedijk") 33 in Geldermalsen, wat in de volksmond de wijk 't Rot heet. Huisje rechts was het woonhuis van fam. De Ruiter

Henk was getrouwd met Cornelia Gijsberta de Bie (*1914), maar had bij haar geen kinderen. De familieleden herinneren Henk als een echte kindervriend. Ze konden nog herinneren dat hij afscheid kwam nemen toen hij op 25 juni 1942 voor de Arbeidseinsatz naar Duitsland vertrok.
 
Henk kwam terecht in Salzgitter, nabij Hannover. Hij verbleef daarvoor in het zgn. Lager 11. (Deze staat echter niet op onderstaande plattegrond), hut 231. Vanwege de grote ijzerertsafzettingen het gebied rond Salzgitter, stichtten de nazi's op 15 Juli 1937 hier de zgn.  Hermann-Göring-Werke. De ruimte tussen Goslar, Braunschweig en Wolfenbüttel was gedurende deze tijd een van de grootste bouwplaatsen in Europa.
In de loop van de  voorbereiding van de oorlog, moest de ijzererts in het gebied Salzgitter op   grote schaal worden bevorderd en verwerkt voor de bewapening. Voor de bouw van   industriële installaties in de agrarische regio, werden tienduizenden werknemers van over de hele wereld aangeworven en voorlopig geplaatst in barakkenkampen. Twee jaar na de bouw werden de eerste twee hoogovens in gebruik genomen. De Reichswerke   behoorden tot de modernste en grootste bedrijfstakken van het Derde Rijk.
Als het centrum van de nieuwe industriële regio ontworpen planologen een "socialistische stad". Maar door gebrek aan arbeidskrachten en materiaal werd dit grootschalige project slechts  gedeeltelijk gerealiseerd. Zelfs nadat 28 gemeenten in het gebied rond Salzgitter op 1 April 1942 fuseerden, bleef de stad   slechts een aanhangsel van de Reichswerke. In het begin van de oorlog maakten de Reichswerke al gebruik van krijgsgevangenen en gedeporteerden uit de bezette gebieden voor de militaire productie. Toen de SS in 1942   externe opdrachten de grote strategische kamp Stalag bedrijven bouwde, ontstonden ook rond Salzgitter drie zgn. Aussenkommando's van KZ Neuengamme nabij Hamburg. Voor dit doel bedacht propagandaminister Goebbels de term "uitroeiing door   werk".
De geallieerden bevrijdden in April 1945 in Salzgitter ongeveer 40.000 krijgsgevangenen, concentratiekamp gevangenen, dwangarbeiders en   buitenlandse werknemers. Dit was meer dan de helft van de totale beroepsbevolking van deze Reichswerke.

Overzicht   kaartje buitenkampen van KZ Neuengamme in Salzgitter
Bron:  http://www.gedenkstaette-salzgitter.de/
De  foto toont de schoorstenen van de  hoogovens van de Hermann Goering Werke in Salzgitter en Watenstedt.

Het leven van de dwangarbeiders was erg zwaar. Van 6 uur 's ochtends tot 6 uur 's avonds moesten de dwangarbeiders zwoegen. Het was hard werken, met weinig pauzes. Overal stonden gewapende soldaten op wacht. De meeste dwangarbeiders werden in een barakkenkamp gehuisvest. Zij sliepen met soms 40-50 man in één zaal. Er was geen privacy, nauwelijks verwarming en weinig te eten. Vrijwel niemand had meer kleren bij zich dan het goed dat hij aanhad bij aankomst.
Ook de hygiënische omstandigheden lieten te wensen over. Er waren maar een paar kranen per barak. De wc's stelden in de regel niet veel voor: een gat in de grond met een zitplank erover.  Overal zaten luizen en vlooien.
Onder die omstandigheden is het niet verwonderlijk dat iedereen verzwakte. De Duitsers zorgden ervoor dat de mensen net genoeg eten en  verzorging kregen om niet dood te gaan, maar te weinig om van te kunnen leven.  De mannen hadden de hele dag honger. Voor de zieken was er nauwelijks  verzorging. Velen stierven onder erbarmelijke omstandigheden.
Tot overmaat van ramp werden de fabrieken waar de dwangarbeiders werkten geregeld gebombardeerd door de geallieerden. Die probeerden daarmee de Duitse oorlogsmachine te ontregelen. Dat de dwangarbeiders vaak niet eens schuilkelders tot hun beschikking hadden en direct aan het gevaar van de bombardementen bloot stonden, daar konden de geallieerden geen rekening mee houden.
Bron: http://www.hephorst.nl/DEPORTATIES.HTM

Klik hier voor de officiële  overlijdensakte van Henk

Volgens  familieleden van Henk is hij zwaar gewond geraakt door een ontploffende kachel in zijn barak en als gevolg daarvan op 20 december 1943 overleden in het Watenstedt Werksziekenhuis. Nader onderzoek moet dat nog uitwijzen.
Henk is op 28 december 1943 begraven op het zgn. Ausländerfriedhof in Jammertal en op 17 december 1953 herbegraven op Nederlands Ereveld in Hannover.

Zijn weduwe Cornelia de Bie is in 1946 hertrouwd met Dirk van Buren en woonde daarna op de Aalsdijk 15 in Asch, bij Buren.
Terug naar de inhoud