Dhr. J. van Oosterwijk uit Poederoyen

Gemeente West Betuwe > Buiten de slachtofferslijst

Achternaam: Oosterwijk
Tussenvoegsels: van

Voornamen: Johannes
Voorletters: J
Beroep: Boekbinder/ Drukker
Geboorteplaats: Poederoyen (Aalst)
Geboortedatum: 06-05-1906
Overlijdensplaats: Neuengamme (D)
Overlijdensdatum: 09-12-1944

Begraafplaats:

Gemeente:
Provincie:
Land:
Vak:
Rij:

Nummer:

Deze foto is genomen ten tijde van de mobilisatie eind 1939

vlnr Johan, Roel sr. en Rinus van Oosterwijk (copyright foto: Yvonne Vlendré-van Oosterwijk)

De ouders van Johannes waren transportarbeider en later schoenmaker Roel van Oosterwijk (*1881) uit Herwijnen en de uit Rumpt afkomstige Elisabeth de Jong (1882-1944). Ze trouwden op 11 maart 1904 in Deil en kregen de volgende kinderen:

Roeloffina Maria (*1905), trouwde in 1931 in Utrecht met Arie Rietveld (*1909)
Johannes (1906-1944)
Wouterke (1907-1948), trouwde met Willem Pieter Arnoldus van de Wijngaard
Marinus "Rinus" (*1908), trouwde in 1932 in Urecht met Aaltje van der Zee (*1908)
Maaike Maria (*1910)
Jantje Poulina (1918-1918)
Jantje Poulina (*1919)
Roel (1921-2000), trouwde met Willemina Cornelia Schats (1922-2004)
Leendert

Johan (copyright foto: Yvonne Vlendré-van Oosterwijk)

Johannes van Oosterwijk werd op 6 mei 1906 in Aalst bij Poederoijen geboren. Hij was boekbinder van beroep en tot zijn overlijden vrijgezel. In 1940 was hij volgens zijn overlijdensakte officieel woonachtig bij zijn ouders te Utrecht in de Slachtstraat op nr.1bis.

Johannes heeft zich volgens zijn vader tijdens de oorlog aangesloten bij het binnenlands verzet. Hij woonde vanaf 6 augustus 1943 in Rumpt, gemeente Deil. Hier verbleef hij in het huis aan de Dorpsdijk (Lingedijk R51) bij een broer van zijn moeder, Frederick de Jong en diens tweede vrouw Johanna Elisabeth van Loon.

In 1944 werd hij tweemaal in Amsterdam gearresteerd. De eerste keer op 21 april 1944 en de tweede keer op 15 mei 1944. Beide keren is hij in een cel gezet van het Hoofdbureau van Politie op de Egelantiersgracht te Amsterdam. Volgens de fouilleringsadministratie van het bureau de eerste keer in cel 17A en de tweede keer in cel in 6A. De reden waarom hij werd gearresteerd is onbekend.

Na zijn laatste arrestatie werd hij op 8 september 1944 naar kamp Vught overgebracht als zgn. Schutzhäftling. Dat betekende dat er nog geen beslissing was genomen over zijn verdere behandeling. Hij werd in de kampadministratie geboekt onder nr.10343. Vandaar is hij direct of indirect getransporteerd naar het concentratiekamp Sachsenhausen, waar hij van 6 september 1944 tot 16 oktober 1944 verbleef als gevangenenummer 58852.

Uiteindelijk kwam hij op 16 oktober 1944 in het gevreesde Neuengamme bij Hamburg aan. Hier had hij nog steeds kampnumer 58852.

Nog geen twee maanden later kwam Johannes daar op 9 december 1944 om het leven door chronische diaree. Vaak stond er op de officiele papieren dat de doodsoorzaak enteritis, tuberculose, dysenterie of hartfalen was. Dat is verhullend. De ware doodsoorzaak zijn vrijwel altijd de abominabele omstandigheden in het kamp geweest. Bovendien zijn de gegevens volledig onbetrouwbaar. Vaak werd er in de registratie maar wat opgeschreven.

Zijn vader woonde vanaf 1957 op de Curaçaostraat 13 in Utrecht.

Met dank aan K. Tromp en Yvonne Vlendré