3 Koeriersters van Van Koeverden
Gemeente Buren > Verzet in regio Buren
Koerierster Maria "Micky" Verloop (1917-1966)
Maria is geboren op 11 juli 1917 te Utrecht. Haar ouders waren Herman Cornelis Verloop (1882-1968) en Johanna Louise Nijssens (1889-1984)
Ze kregen samen vier dochters:
• Antonia "To" Verloop (1915-2018)
• Maria (1917-1966) en tweeelingzus Elisabeth "Liesbeth" (1917-2013), in 1945 in Utrecht getrouwd met Johannes Anton Leopold Beaujon (1918-2006)
• Fusina Maria (1919-2009), getrouwd in 1956 in Den Haag met Willem Hendrik Agathe Mazel (1908-1984)
Maria heeft op de volgende scholen gezeten:
1923 -1929 Openbare Lagere School voor Meisjes Puntenburg, Utrecht
1929- 1936 Gemeentelijk Lyceum voor Meisjes, Wittevrouwenkade, Utrecht, eindexamen HBS-B.
1936 Begin studie Wis- en Natuurkunde aan de Rijksuniversiteit Utrecht, lid U.V.S.V.
1940-41 Praeses U.V.S.V.
Zij vond meteen haar weg naar het studentenverzet door deel te nemen aan een illegale contact commissie, die was samengesteld uit één vertegenwoordiger van de verschillende gezelligheidsverenigingen bestaande uit 9 leden. Zij werd na enige tijd opgevolgd door Olga Hudig.
Na ‘dolle dinsdag’ 5 sept 1944 woonde zij samen met vier andere UVSV’sters in een heel onopvallend huisje in de Mariahoek in Utrecht:
• Anne Maclaine Pont
• Olga Hudig
• To Hudig
• Liesbeth Verloop (zuster)
Alle vijf werkten als koeriersters. Als Micky soms 2 à 3 weken op de fiets op pad was, hadden de anderen opdrachten van enkele dagen. Opdrachtgever was Jo van Koeverden uit Buren (www.stevenvankoeverden.nl/). Hij trouwde na de oorlog met Olga Hudig.
De vader van Micky was in de oorlog ook actief en fietste in en rond zijn woonplaats Oudewater en bracht berichten over van het verzet. Zijn naam onder de verzenders en ontvangers was ‘het sneeuwmannetje’.
Mickey speelde heel goed viool en altviool. Na de oorlog solliciteerde zij bij de Arnhemse Orkest Vereniging, nu het Gelders Orkest. Zij deed proefspel en werd meteen aangenomen. Daardoor wist ze dat ze op een behoorlijk niveau speelde, maar ze had de rust nog niet voor een geregelde baan en dus sloeg ze het aanbod af.
Uitreiking an Maria van het Oorlogsherinneringskruis door Prins Bernhard a
Oorkonde van Prins Bernhard Amerikaanse onderscheiding voor hulp aan geallieerde piloten.
Na een verblijf van enkele maanden in Denemarken en een lang verblijf in Loenen aan de Vecht bij de beeldhouwers Ton en Bertus Sondaar, is ze naar Den Haag vertrokken, waar ze ging werken als secretaresse bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken.
Zij overleed op 17 juni 1966, tijdens een vakantie in Briançon in de Hautes Alpes en is in Oudewater begraven.
Met dank aan A. Verloop en O. Beaujon
Olga,(Bron foto Wikipedia)
Olga Hudig (Rotterdam, 4 maart 1918 – Buren, 7 augustus 2006) Olga Hudig werd geboren in Rotterdam, als dochter van reder Jan Hudig (1885-1973) en Emma Roos (1888-1971). Ze krijgen samen vier dochters: Lotta Clara, Britta, Olga en To en nog twee zoons Joost en Jaap.
In 1936 slaagde Olga voor het eindexamen gymnasium bèta aan het Gemeentelijk Lyceum voor Meisjes in Rotterdam. Ze ging vervolgens studeren in Utrecht, waar ze lid werd van de UVSV. Daar raakte ze bevriend met Hetty Voûte, met wie ze onder meer roeide en in het bestuur van die vereniging zat.
In 1936 slaagde Olga voor het eindexamen gymnasium bèta aan het Gemeentelijk Lyceum voor Meisjes in Rotterdam. Ze ging vervolgens studeren in Utrecht, waar ze lid werd van de UVSV. Daar raakte ze bevriend met Hetty Voûte, met wie ze onder meer roeide en in het bestuur van die vereniging zat.
Hudig woonde aan het begin van haar studie op Mariahoek 7. In 1940 verhuisde ze naar Jansdam 7 bis en in 1941 naar Nobelstraat 13 bis.
Olga begon al vroeg in de oorlog met verzetswerk. Samen met Hetty bestudeerde ze, onder het mom van biologisch onderzoek, Duitse verdedigingswerken aan de kust bij Noordwijk. Voûte gaf deze informatie vervolgens door aan een vriend van haar broer, Jo van Koeverden in Buren, maar hield zijn naam voor Olga verborgen. Ze noemden hem onderling "tante Jo". Ook brachten Hudig en Voûte samen Joodse kinderen onder, die ze overnamen van de Westerweelgroep in Loosdrecht. Eind 1942 werd hun gezamenlijke activiteiten minder intensief, aangezien Voûte voor het Utrechts Kindercomité ging werken. Dit was een Nederlandse verzetsgroep uit Utrecht, die zich bezighield met het laten onderduiken van enkele honderden Joodse kinderen. Zij brachten ze onder bij pleeggezinnen.
Toen in het voorjaar van 1943 het studeren praktisch stil kwam te liggen, ging Olga ook voor het Kindercomité aan de slag. Zo regelde ze, via haar contacten met andere verzetsgroepen, nieuwe onderduikadressen. Toen na de mislukte aanslag in het Brabantse Esch Hetty Voûte werd gearresteerd, deed Hudig pogingen om haar vrij te krijgen. Ze ging daarvoor op zoek naar hun oude spionagecontact "Tante Jo", omdat ze wist dat deze al eens erin geslaagd was om mensen uit Duitse gevangenissen los te praten. Na enig speurwerk kwam ze erachter dat Tante Jo een man was. Jo van Koeverden kon haar echter niet helpen.
Na de arrestatie van Ankie Stork, in mei 1944, is Hudig, met hulp van Jo van Koeverden, ondergedoken. Samen met haar zus To woonde ze tot aan het einde van de oorlog op een onderduikadres in de Koekoekstraat in Utrecht.
Na de oorlog was ze lid van de Utrechtsche Studentencontactgroep. In 1947 behaalde ze haar doctoraalexamen Farmacie. In hetzelfde jaar trouwde ze met Jo van Koeverden.
Hudig overleed in 2006. Ze ligt begraven op de Rooms-katholieke begraafplaats in Buren.
Bron: Wikipedia
Bron: Wikipedia
Catharina Elisabeth (To) Hudig (Rotterdam, 27 september 1922 – Zeist, 16 augustus 2010) To was een zus van bovengenoemde Olga Hudig. In 1941 slaagde ze voor het eindexamen HBS-B aan het Rotterdamsch Lyceum. Ze ging daarna geneeskunde studeren in Utrecht. Ze werd lid van de UVSV. Ze woonde op een kamer in de Heerenstraat.
To Hudig werkte aanvankelijk als losse kracht voor het Utrechts Kindercomité. Nadat in 1943 om diverse redenen veel leden waren weggevallen of afgehaakt, werd ze een vaste medewerker van het comité. Ze hield zich bezig met de verzorging van kinderen, die al op onderduikadressen geplaatst waren. Verder hielp ze haar zus Olga met het vinden van nieuwe onderduikadressen.
To was, net als haar zus, bevriend met Ankie Stork, die op hetzelfde adres in de Heerenstraat woonde. Hoewel ze niet of nauwelijks samenwerkten, liep Hudig na de arrestatie van Stork, in mei 1944, wel gevaar. Jo van Koeverden regelde een onderduikadres in de Koekoekstraat, waar To en Olga tot aan het einde van de oorlog verbleven.
Na de oorlog pakte Hudig haar studie weer op en ze behaalde in 1951 haar artsexamen. In 1957 verhuisde ze van Utrecht naar Zeist. Ze werkte als internist.
To Hudig overleed in 2010 in Zeist. Ze bleef ongehuwd.
Bron: Wikipedia
In 2012 schreef Bert Jan Flim het boek Onder de klok, Georganiseerde hulp aan joodse kinderen. In het boek staan het Utrechts Kindercomité en de Amsterdamse Studenten Groep centraal.